Deventer Literair heeft zondag 19 februari Joke van Vliet te gast gehad. Een ongewone bijeenkomst. Voor het eerst in de ochtend, voor het eerst in Mimik en voor het eerst Joke van Vliet. Dat laatste kon ook niet anders want Van Vliet is een debutante.
Van Vliet sprak deze zondagmorgen vooral over het proces van schrijver-in-wording tot het schrijver-zijn. Over het vergroten van de eigen waarneming, door dingen te verzamelen. Over de rol van fotografie, de beeldende kunst, de schrijversvakschool. En over het schrijfproces dat uiteindelijk parallel loopt aan het leesproces.
Ook belangrijk: een ruimte voor jezelf (vrij naar Virginia Woolf). Een plek waar je alleen bent met je gedachten. Een plaats die je intellectuele vrijheid biedt. Zelf werkt ze in de PantaRhei, een plek voor creatievelingen in Deventer. Op een kamer mét een toilet, want ze wil niet iemand ergens op de gang tegen komen die voor afleiding zorgt. Escapisme, of toch niet? Zelf zegt ze dat ze af en toe met haar gedachten terugkeert in het normale leven.
De bundel Als de herten komen is niet onopgemerkt gebleven. Er waren lovende recensies en ’s middags moest ze nog door naar Amsterdam vanwege haar nominatie voor de Biesheuvelprijs (ging uiteindelijk naar Hedda Martens).
Deventer Literair keert voorlopig niet meer terug in de Oude Mariakerk. Dit vanwege de activiteiten rond het Hanzejaar. We koesteren de goede herinneringen die we daar hebben, maar waarschijnlijk biedt Mimik ook mogelijkheden om nieuwe contacten aan te knopen. Daar leek het zondagmorgen al wel op!
Gerco Grevers